Verslag van het management

Finance

Amonis heeft 2021 afgesloten met een financieel nettorendement van 4,30%. Dit rendement is berekend op het geheel van de investeringen en na afhouding van alle financiële kosten (transactiekosten, kosten van depothoudende bank en diverse financiële diensten). Het gemiddelde jaarlijkse nettorendement van Amonis sinds 1995 is gelijk aan 6,43% en blijft boven deze van de samengestelde referentie‐index. U vindt hier de historische vergelijking van de rendementen.

 

Investeringsstructuur

Amonis structureert haar investeringen in functie van de verplichtingen opgenomen op het passief van de balans. Het doel van deze strategie is het financieel rendement te optimaliseren rekening houdend met de toekomstige cashflow‐ structuur van het fonds. De beleggingen worden bijgevolg gesegmenteerd volgens de looptijd van de verplichtingen.

 

De portefeuille van Amonis is verdeeld in 2 delen. De “LDI” portefeuille bevat de Liability Driven Investments. Dit zijn de activa die een zo goed mogelijke dekking met minimale risico’s beogen en dit enerzijds voor de verwachte toekomstige cashflow van verplichtingen uit het verleden gekapitaliseerd aan interesten van 4,75% en 3,75%, en anderzijds voor verplichtingen gekapitaliseerd aan een variabele basisinterestvoet (1,2% vanaf 1/1/2020) die tijdens de eerstvolgende tien jaren uitbetaald zullen worden. Momenteel bevat de LDI hoofdzakelijk staatsobligaties met hoge kredietwaardigheid en cash. Het luik LDI (+ cash) bedroeg 54,82% van de portefeuille op 31/12/2021.

De « Growth » portefeuille is samengesteld uit investeringen die gericht zijn op verplichtingen op de lange termijn (toekomstige cashflow geschat op meer dan tien jaar) met als doel een optimaal financieel rendement genereren op lange termijn. Eind 2021 bedroeg de Growth portefeuille 45,18% van de investeringen. Amonis OFP belegt een belangrijk deel van de Growth portefeuille in deelbewijzen van haar eigen bevek Amonis NV, openbare bevek naar Belgisch recht. De door de OFP vastgestelde Strategische Asset Allocatie (SAA) bepaalt de verdeling van de activa over de verschillende compartimenten van de bevek. Dit deel bevat voornamelijk aandelen, maar ook bedrijfsobligaties, staatsschulden in euro en schuld van opkomende markten. Naast dit in haar eigen bevek belegde deel, bezit de OFP ook cash, private en beursgenoteerde infrastructuuraandelen alsook deelbewijzen in alternatieve investeringsfondsen.

Overzicht rendement van de 2 portefeuilles
Rendement van het
LDI-luik
Rendement van het
Growth-luik
20141,24%12,82%
20150,28%9,13%
20163,95%3,31%
2017-0,01%9,74%
20180,10%-5,64%
20193,93%18,17%
20202,55% 0,72%
2021-2,94%15,02%
Op jaarbasis0,82%8,05%

Financiële strategie

De financiële strategie van Amonis (vooral belangrijk voor de growth portefeuille) berust voornamelijk op een adequate weging van de verschillende activaklassen, met als doel een optimale diversifiëring van de portefeuille over de verschillende wereldmarkten te bekomen, in liquide activa en middels een actief beheer. Bij een actief beheer selecteren de beheerders zelf de effecten van de portefeuille die hen werd toevertrouwd.

Amonis bepaalt een strategische allocatie van de investeringen (lange termijn weging over de verschillende activaklassen) op basis van een verwacht rendement gewogen door het risico van elke klasse. Deze “passieve” allocatie wordt als benchmark gebruikt om het rendement van de portefeuille te vergelijken. Door een actief beheer, de beslissingen van de RvB om van langetermijnwegingen af te wijken (tactische asset allocatie) en een actieve strategie voor het beheer van het wisselrisico, beoogt Amonis haar rendement/risico ratio te verbeteren ten opzichte van de strategische benchmark.

De tabel hieronder toont deze vergelijking vanaf het begin van de strategie (ITD of Inception To Date, i.e. since 1995). Het ITD-rendement blijft boven de strategische benchmark, met een gelijkaardig risiconiveau (berekend door middel van de gemeten standaarddeviatie). Dit geeft een rendement/risico ratio (Sharpe ratio met risicovrije interest op 0%)6 van 0,58 voor Amonis OFP versus 0,56 voor de strategische benchmark.

6Sharpe Ratio = (rp – rf) / σp

Jaarlijks
rendement ITD
Jaarlijks
risiconiveau ITD
Amonis OFP6,43%11,14%
Benchmark SAA6,10%10,87%
Gedetailleerde activaspreiding op 31/12/2021

Milieu-, Sociale en Bestuursaspecten (ESG)

Amonis blijft haar ESG‐beleid (Environment, Social & Governance), gelanceerd in 2001, verder ontwikkelen. Na een grondige analyse van de mogelijkheden op de markt en van de studies van de actuele praktijken, hebben we bepaalde principes gedefinieerd en geïmplementeerd.

Amonis OFP en Amonis NV hanteren dezelfde ESG‐politiek. Binnen Amonis NV wordt deze politiek in de compartimenten van de bevek geïmplementeerd waarin Amonis OFP investeert. De ESG‐politiek wordt ook toegepast in de portefeuilles die niet in de bevek worden inbegrepen, namelijk de LDI en de alternatieven. Het ESG‐beleid maakt integraal deel uit van het actieve beleggingsbeheer en wordt daarom niet beschouwd als een specifieke strategie binnen enkele gerichte portefeuilles.

 

De ESG‐politiek bestaat uit twee delen. Eerst zijn er uitsluitingsregels die door Amonis worden gedefinieerd en waarvan de grote lijnen de volgende zijn.

  • Uitsluiting op basis van product: aandelen en obligaties van tabaksbedrijven alsook van bedrijven die zich bezighouden met de productie van antipersoonsmijnen, clusterbommen, wapens met verarmd uranium en kernwapens.

  • Uitsluiting op basis van het productieproces: bedrijven die directe en onherstelbare schade aan het milieu aanrichten, ondernemingen die voor de vervaardiging van cosmetica dierproeven gebruiken en ondernemingen waarbij de omzet voor meer dan 30% resulteert uit het gebruik van fossiele brandstoffen.

  • Uitsluiting op basis van goed gedrag en zeden: ondernemingen die herhaaldelijk de principes van UN Global Compact schenden.

  • We sluiten eveneens de staatsobligaties uit van landen die de volgende internationale conventies en convenanten niet toepassen: de conventie over het verbod op chemische wapens, het non‐proliferatieverdrag over het bezit van nucleaire wapens, de akkoorden met betrekking tot de rechten van de mens en de 8 conventies met betrekking tot de internationale arbeidsnormen.

Binnen dit kader, dat door Amonis wordt opgelegd, analyseren de beheerders de inspanningen van de ondernemingen binnen hun portefeuille op het gebied van ESG. Ze kunnen ook onderhandelen om een grotere inzet te bekomen.

Omdat sommige criteria als subjectief kunnen geëvalueerd worden, zal de toepassing van de ESG‐politiek gebeuren volgens het “best effort” principe. Amonis OFP begeeft zich al lang op het terrein van het duurzaam beleggen. De problematiek is echter complex en de definitie van duurzaam beleggen is niet altijd exhaustief. Ondanks de inspanningen in de financiële sector zijn ESG‐gegevens nog in volle ontwikkeling. Op Europees niveau worden stappen ondernomen en geconcretiseerd, zoals de invoering van de Europese taxonomie. Dit thema blijft centraal in onze aandacht.

Politiek van proxy voting

De meerderheid van de investeringen in aandelen (waarop de proxy voting of stemmen bij volmacht van toepassing kan zijn) worden beheerd in de bevek. Wat de proxy voting betreft, hanteert Amonis een stembeleid op basis van uitzondering. Dit betekent dat Amonis haar recht om actief te stemmen op de AV van de ondernemingen waarin ze belegt, alleen uitoefent wanneer het om uitzonderlijk belangrijke beslissingen gaat (en niet, bij voorbeeld, wanneer het gaat over de herbenoeming van het management of de revisor).

Vanaf 2021, wanneer de mandaten van de vermogensbeheerders worden vernieuwd, heeft Amonis echter besloten om actief stemrechten te gaan uitoefenen. De uitvoering zal geleidelijk aan worden geïmplementeerd en gedelegeerd aan de vermogensbeheerders.

Securities lending (of effectenleningen)

Amonis maakt geen gebruik van securities lending.
 

Gebruik van afgeleide financiële instrumenten

Amonis OFP houdt posities aan in afgeleide financiële instrumenten. We maken hier een onderscheid tussen de rechtstreekse strategische of continue indekking via derivaten, de rechtstreekse tactische of tijdelijke indekking via derivaten, en een mogelijke onrechtstreekse blootstelling aan derivaten via onderliggende beleggingen.

 

Rechtstreekse strategische derivatenposities

De strategische indekking via derivaten wordt momenteel uitsluitend gebruikt ter indekking van de wisselkoersrisco’s in de portefeuille.

De verplichtingen van Amonis zijn uitgedrukt in euro terwijl een gedeelte van haar dekkingswaarden zijn belegd in effecten die niet in euro worden gewaardeerd. Hierdoor is er een afwijking met de verplichtingen, waardoor er een wisselkoersrisico ontstaat. Dit wisselkoersrisico wordt apart door Amonis beheerd. Bij dit beheer onderscheiden we 2 delen: het wisselkoersrisico van de beleggingen van de Growth‐portefeuille en het wisselkoersrisico van de beleggingen van de LDI‐portefeuille.

JP Morgan Asset Management en Mesirow Financial beheren elk 50% van het wisselkoersrisico. Werken met meerdere beheerders laat toe om te beantwoorden aan een dubbel objectief. Enerzijds zijn de beheersmethoden gediversifieerd omdat elke beheerder werkt volgens zijn eigen aanpak. Anderzijds laat de vergelijking van de beheerders toe om hun prestaties te vergelijken. Het wisselkoersrisicobeheer wordt gedaan met termijncontracten op wisselkoersen met betrekking tot de verschillende munten die deel uitmaken van de portefeuille.

Voor de Growth-portefeuille heeft Amonis OFP geopteerd voor een actief beheer van het wisselkoersrisico. In de LDI-portefeuille, daarentegen is het wisselkoersrisico in principe passief beheerd.

Niettemin beschouwt Amonis valutaposities als een aparte activaklasse waarbij door actief beheer het rendement kan verhogen of het risico kan verminderen (of beide). Vanuit dit oogpunt heeft een passieve dekking van het valutarisico in de LDI-portefeuille enkel zin indien de beheerders de mogelijkheid hebben om een actieve indekkingspolitiek voor deze portefeuille te gebruiken, en dit door de mogelijke opheffing van de passieve hedges door middel van tegengestelde termijncontracten. De verliezen en opbrengsten van deze tactische overlay worden afgerekend in de gescheiden deviezenportefeuille, welke een onderdeel uitmaakt van de Growth-portefeuille.

Onrechtstreekse derivatenposities

Een indirect gebruik van diverse financiële derivaten is mogelijk door middel van investeringen in grondstoffen en alternatieve beleggingen. Het gaat over derivaten aanwezig op het niveau van het onderliggende fonds en niet op het niveau van Amonis OFP (geen enkele directe investering in derivaten). Het merendeel van de derivaten worden gebruikt om bepaalde posities in te dekken. Bij investeringen in grondstoffen laten swaps bijvoorbeeld toe om het risico van een fysieke levering van aangekochte grondstoffen te vermijden. Bij liquide alternatieven worden derivaten (meer bepaald opties en swaps) gebruikt om specifieke posities te handhaven en in te dekken.

Risicobeheer

De risico’s binnen Amonis worden onderverdeeld in volgende categorieën :

  • de pensioenprestaties
    • tijdens de spaarperiode: investeringsrisico (volatiliteit van de beleggingen);
    • na pensionering: lijfrentes (levensverwachting)
  • de solidariteitsprestaties (overlijden, invaliditeit en afhankelijkheid);
  • het gewaarborgd inkomen (invaliditeit).

Interne provisies

Om deze risico’s te kunnen dekken, legt Amonis bepaalde technische voorzieningen aan (die aan alle verplichtingen beantwoorden). Deze politiek van reservering wordt beschreven in het financieringsplan. Bijkomend legt de prudentiële wetgeving het aanleggen van een wettelijke solvabiliteitsmarge op.  

Het rendementsrisico is, gezien de verplichtingenstructuur van Amonis (waaronder de oude 4,75%- en 3,75%-verplichtingen), het grootste risico voor het financiële evenwicht van de instelling. Er wordt veel belang gehecht aan het beheersen van dit risico. Amonis hanteert hiervoor een tweeledig systeem. Een deel van het rendementsrisico, voornamelijk dit op korte termijn, wordt zo goed mogelijk afgedekt middels de LDI-portefeuille (Liability Driven Investments).

Herverzekering

De volledige herverzekering, dit uit 2 contracten bestaat, is toevertrouwd aan Scor Global Life.

Een quote-part herverzekering dekt voor 100% de overlijdensrisico’s en het ten laste nemen van de pensioenbijdrage bij invaliditeit gedekt door het solidariteitsfonds. Een tweede contract dekt voor 100% de risico’s in gewaarborgd inkomen.

 

De herverzekeringscontracten hebben een looptijd van 2 jaar en kunnen worden verlengd. In januari 2022 werden zij verlengd voor een periode van 2 jaar (2022 en 2023).

Kostenbeheer

Het handhaven van een gezond kostenbeheer leidt tot een stabiel budget. In vergelijking met het beheerde vermogen, bedragen de operationele kosten 0,39%. Het overgrote deel van de jaarlijkse kosten (ongeveer 84%) dekken de kosten voor het operationele beheer van de pensioeninstelling: lonen van de medewerkers, informatica‐infrastructuur en kosten voor diverse externe diensten. Verder onderscheiden we hierin nog de kosten van de bestuursorganen (7,3%) en de communicatie‐ en marketingkosten (8,7%).

Het risico van toekomstige kostenstijgingen houdt voornamelijk verband met invoering en aanpassing aan regelgeving. Amonis stelt alles in het werk om hier zo efficiënt mogelijk mee om te gaan.

Kerncijfers voor het jaar 2021

Eerste vermogen

Solidariteit

De solidariteitsbijdragen ter financiering voor de solidaire dekkingen in 2021 bedragen 3 489 020 euro (afgehouden eind 2020).

Dit is een daling met meer dan 56% ten opzichte van vorig jaar. Deze daling wordt verklaard door het feit dat de betaling van de sociale voordelen aan artsen en tandartsen met een jaar is overgeslagen als gevolg van de informatisering van de procedure. Dit heeft echter geen gevolgen gehad voor de solidariteitsdekking van de leden. De Raad van Bestuur heeft besloten de dekking, voor de leden die er recht op hadden, te handhaven en met eigen middelen te financieren.

Het totaal van de uitkeringen gestort door het fonds ‐ waarvan 732 leden genoten ‐ bedraagt 1 952 761 euro. Het geheel van de verrichtingen in 2021, inclusief de verhoging van de lopende rentes ten belope van 6 123 958 euro (zie 1.1.3.), geeft een negatief resultaat van ‐8 557 234 euro, volledig gefinancierd door eigen middelen van het solidariteitsfonds.

Overlevingspensioen

In december 2021 werden 336 maandelijkse overlevingsrentes (‐2%) door het solidariteitsfonds gefinancierd voor een totaal van 1 000 858 euro (+1,5%). Ze zijn verdeeld in 6% lijfrentes en 94% vaste termijnrentes.

18 van deze rentes zijn in 2021 gestart. Een bedrag van 545 119 euro werd daarvoor voorbehouden en de gemiddelde uitkering bedraagt 30 284 euro.

Tenlasteneming van de pensioenbijdrage bij invaliditeit

Het solidariteitsfonds heeft in 2021 de pensioenbijdrage van 146 leden ten laste genomen (‐18%). Een totaalbedrag van 561 740 euro werd gestort (‐5,7%) voor een gemiddelde bijdrage van 3 848 euro (+15%).

Moederschapsvergoedingen

234 leden hebben moederschapsuitkeringen ontvangen (‐2%). De forfaitaire vergoedingen bedragen 113 280 euro (‐4,7%), de bijdragen gestort op de individuele rekening 231 873 euro (‐9,6%).

De afhankelijkheidsrente

Zestien gepensioneerde leden hebben een maandelijkse afhankelijkheidsrente voor een totaalbedrag van 27 691 euro ontvangen.

Werkingskosten

Het solidariteitsfonds draagt jaarlijks bij in de werkingskosten van Amonis ten belope van 5% van de solidariteitsbijdragen plus 90 euro per beheerd dossier.

Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen7 (VAPZ)

Aantal aangeslotenen

 

Op 31 december 2021 telde Amonis 28 644 aangeslotenen verdeeld in 27 347 beroepsactieve leden en 1 297 begunstigden van een pensioen‐ of overlevingsrente.

Het aantal aangeslotenen toont een zeer lichte daling die sinds 2016 voornamelijk kan worden verklaard door de wettelijke bepaling die opgelegd wordt aan de instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening om de rekeningen af te sluiten voor leden die hun wettelijk pensioen opnemen. Dit impliceert een groter aantal pensioenopnames en bijgevolg een vertraging van de toename van het aantal leden.

In 2021 hebben 825 nieuwe leden zich aangesloten (+20%). 700 leden (+50%) die op hun rekening geen stortingen meer deden werden overtuigd hun stortingen te hervatten via de sociale voordelen RIZIV en/of via persoonlijke bijdragen. Deze verhoging van het aantal nieuwe leden en heraangesloten leden is te wijten aan de hervatting van de economische activiteiten. Deze volgde de versoepeling in het beheer van de pandemie die geleidelijk werd ingevoerd in de 2de helft van het jaar.

Incasso

 

Het totaal incasso in VAPZ (sociaal en gewoon VAPZ) bedraagt 79 983 178 euro, hetzij een verhoging van 107,5% ten opzichte van 2020.

Deze spectaculaire stijging is te danken aan 2 elementen. Enerzijds hebben we de discrepantie in de boeking van de sociale voordelen ingehaald, die in 2020 verscheen met de digitalisering van de procedure. En anderzijds de geleidelijke hervatting van de economische activiteit naar aanleiding van de versoepeling van de covid‐maatregelen.

De persoonlijke bijdragen in VAPZ zijn met 1,9% gestegen.

Het sociaal VAPZ – met solidariteit – blijft de eerste keuze van onze leden. Stortingen in gewoon VAPZ bedragen eind 2021 slechts 1,6% van het totaal van de persoonlijke stortingen.

Werkingskosten

De VAPZ‐bijdrage tot het dekken van de werkingskosten van Amonis is 3% op de gestorte bijdragen


Rust- en overlevingspensioenen buiten het solidariteitsstelsel

 

Op 31 december 2021 ontvingen 1 297 begunstigden van een rust‐ of overlevingspensioen een maandelijkse rente: 530 lijfrentes (41%) en 767 vastetermijnrentes (59%). 203 van deze leden bleven sparen via een 2de contract door middel van hun sociale voordelen RIZIV.

864 nieuwe pensioenen werden in 2021 opgenomen, dit is 6% meer dan in 2020: 824 rustpensioenen en 40 overlevingspensioenen.

De nieuw gepensioneerden blijven voorkeur geven aan het kapitaal: 92% versus 6% voor de vastetermijnrente en 2% voor de lijfrente.

Het globaal bedrag van de rust‐ en overlevingspensioenen (buiten solidariteit) die in 2021 gestort werd, bedraagt 105 814 823 euro. Dit bedrag omvat zowel de stortingen van kapitaal als de pensioenen opgenomen in rente Dit totaalbedrag is toegenomen met 6%, als gevolg van de stijging van het aantal opgenomen pensioenen.

De leden van Amonis nemen gemiddeld hun aanvullend pensioen op de leeftijd van 66 jaar op.

7 Het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen bevat ook de voordelen inzake pensioen en overlijden voor niet-zelfstandigen zoals bedoeld in artikel 54 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

Vrij Aanvullend Pensioen voor de Zelfstandigen actief als Natuurlijk Persoon (VAPZNP)

Dit pensioenproduct staat ook bekend als Pensioenovereenkomst voor Zelfstandigen (POZ).

Aantal aangeslotenen

Dit in 2018 gelanceerd product telt in totaal 254 onderschreven contracten, waarvan 35 in 2021.

Incasso

De recurrente jaarpremies bedragen in 2021, 3 409 274 euro. De éénmalige koopsommen ter financiering van de back‐service liepen op tot 1 253 895 euro.

Pensioenopnames

We noteren 4 pensioenopnames in VAPZNP in 2021.

Werkingskoten

De bijdrage van de VAPZNP tot het dekken van de werkingskosten van Amonis is 3% op de gestorte bijdragen.

Gewaarborgd inkomen voor zelfstandige natuurlijke personen

Aantal aangeslotenen

We registreren 4 100 contracten voor 3 649 aangesloten leden. Sommige leden hebben meerdere contracten gewaarborgd inkomen.

Incasso

Het totaal van de bruto ontvangen bijdragen bedraagt 5 483 793 euro, een lichte daling ten opzichte van 2020. Een totaal van 5 458 873 euro wordt door persoonlijke stortingen gefinancierd (99,6%). De sociale voordelen RIZIV vertegenwoordigen, met een effectief gestort bedrag van 24 672 euro, maar 0,6% van dit totaal.

Werkingskosten

De bijdrage van het gewaarborgd inkomen aan het dekken van de Amonis‐werkingskosten is inbegrepen in de bijdragen en bedraagt 15%.

Uitbetaalde vergoedingen

Voor het geheel van de onderschreven contracten gewaarborgd inkomen door zelfstandige natuurlijke personen werd een totaalbedrag van 4 182 321 euro uitgekeerd aan dag‐ en bevallingsvergoedingen.

Technisch resultaat
Het technisch resultaat 2021 bedraagt na herverzekering 632 498 euro.

.

Technisch resultaat gewaarborgd inkomen
Overgedragen resultaat na boekjaar 20200,00
Openstaande vorderingen persoonlijke bijdragen41 095,87
Openstaande vorderingen persoonlijke bijdragen (dubieuze debiteurs)7 098,98
Openstaande vorderingen RIZIV2 212,25
Openstaande schulden (te veel betaalde premies)-155,30
Ontvangen betalingen bevallingspremies solidariteitsfonds4.254,73
Te ontvangen brutopremies voor 20219 263 429,51
Te ontvangen premies persoonlijke bijdragen9 262 590,25
Te ontvangen premies RIZIV0,00
Te ontvangen premies persoonlijke bijdragen (dubieuze debiteurs)839,26
Taksen-784 317,83
Ontvangen brutopremies in 20219 288 600,08
Ontvangen premies persoonlijke bijdragen9 263 679,69
Ontvangen premies RIZIV24 671,88
Ontvangen premies persoonlijke bijdragen (dubieuze debiteurs)248,51
Taksen-773 431,64
Verschil premies/vorderingen persoonlijke bijdragen-1 089,44
Verschil premies/vorderingen RIZIV-24 671,88
Verschil premies/vorderingen persoonlijke bijdragen (dubieuze debiteurs)590,75
Wijziging vorderingen persoonlijke bijdragen-18 084,63
Wijziging vorderingen persoonlijke bijdragen (dubieuze debiteurs)-1 443,82
Wijziging vorderingen RIZIV22 459,63
Terugbetaling teveel betaalde premies-2 931,18
Omzet nettopremies 20218 516 538,03
Schade in eigenbehoud
Wijziging schadeprovisies 1 100 417,77
Betaalde schaden invaliditeit-839 577,95
Betaalde schaden bevallingsvergoeding 2021- 584,29
Premievrijstellingen -142 093,65
Wijziging overgangsprovisie703 234,79
Saldo na eigenbehoud9 326 283,04
Schade herverzekerd-10 082 637,54
Betaalde schaden invaliditeit 2021-5 103 294,78
Betaalde schaden bevallingsvergoeding 2021-785,30
Wijziging voorziening schade na 2014-4 578 320,67
Wijziging voorziening vergrijzing-400 236,80
Saldo voor herverzekering-756 354,51
Tussenkomst herverzekeraar10 082 637,54
Betaalde schaden invaliditeit 20145 103 294,78
Betaalde schaden bevallingsvergoeding 2021785,30
Wijziging schadeprovisie4 578 320,67
Wijziging vergrijzingsprovisie400 236,80
Kosten herverzekering-235 559,61
Herverzekeringspremie -6 066 116,35
Premievrijstellingen 177 126,06
Saldo 3 201 733,13
Wijziging voorziening juridische geschillen-2 478,94
Bijdrage in de algemene kosten-1 271 866,75
Technisch resultaat1 927 387,44
Toekenning financiële opbrengsten673 529,30
Technisch resultaat na toekenning financiële opbrengsten1 253 858,14

Tweede vermogen

Individuele pensioentoezegging

Aantal aangeslotenen

Op 31 december 2021 telde Amonis een totaal van 94 afgesloten contracten.

Incasso

Het totaal incasso in IPT bedraagt 1 233 834,45 euro en wordt verdeeld onder:

  • recurrente jaarpremies: 511 187,37 euro;
  • overdracht van reserves: 289 524,57 euro;
  • éénmalige koopsommen ter financiering van de back‐service: 433 122,51 euro.

Werkingskosten

De bijdrage van de IPT tot het dekken van de werkingskosten van Amonis bedraagt maandelijks 0,125% van de Netto Inventaris Waarde van de onderliggende fondsen en instapkosten van 1% worden afgehouden van elke storting (met uitzondering van overdracht van reserves waarop instapkosten niet van toepassing zijn).

Pensioenopname

Twee leden hebben hun IPT‐pensioen opgenomen in 2021.

ESG

Deze politiek wordt transversaal toegepast op het geheel van de portefeuille van de bevek. Voor meer informatie verwijzen wij naar de paragraaf ESG.

Gewaarborgd inkomen in de vennootschap

Aantal aangeslotenen

Er zijn 2 385 contracten afgesloten voor 1 990 leden waarbij een vennootschap een dekking gewaarborgd inkomen onderschrijft.

Incasso

Er werd een bedrag van 3 804 807 euro aan brutopremies ontvangen voor het gewaarborgd inkomen van het tweede vermogen.

Werkingskosten

De bijdrage van het gewaarborgd inkomen aan het dekken van de Amonis‐werkingskosten is inbegrepen in de bijdragen en bedraagt 15%.

Uitbetaalde vergoedingen

Er werd voor 1 761 921 euro aan dag‐ en bevallingsvergoedingen uitbetaald. Dit gewaarborgd inkomen is gelijkaardig herverzekerd als het deel in vermogen 1.

Technisch resultaat
Na herverzekering is het technisch resultaat van dit deel van het gewaarborgd inkomen gelijk aan 621 360 euro.

Version FR