Bijlage 1
Waarderingsregels

Vaste activa

Immateriële vaste activa

Conform de geldende fiscale wetgeving worden de investeringen in informatica sinds 2003 afgeschreven op maximum 5 jaar (voorheen 3).

Materiële vaste activa

Het rollend materieel aangekocht na 1/1/1993 wordt lineair afgeschreven op maximum 5 jaar. De investeringen in informatica – hardware – uitgevoerd vanaf 1/1/1993 worden opgenomen onder installaties, machines en uitrusting en afgeschreven op maximum 3 jaar.

Beleggingen

De beleggingen worden, na hun oorspronkelijke boeking, gewaardeerd en in de balans opgenomen aan hun affectatiewaarde op 31 december.

De affectatiewaarde is gelijk aan de laatste reële marktwaarde vóór of op 31 december. Voor de beleggingen in liquide alternatieven is de definitieve marktwaarde van bepaalde fondsen mogelijk niet volledig gekend bij de afsluiting van de rekeningen, zodat er gewerkt wordt met de laatste inschatting op 31 december.

De niet-gerealiseerde minder- of meerwaarden (de verschillen tussen de oorspronkelijke boekwaarde en de affectatiewaarde) worden geboekt via rubriek “II. Financieel resultaat – Meer- of minderwaarden” van de resultatenrekening.

In voorkomend geval worden beleggingen in deviezen andere dan de euro omgezet in euro op basis van de koers op de contantmarkt op 31 december.

In tegenstelling tot de vorige alinea, zijn de variaties in de waarden van de obligaties en andere effectenvorderingen die voortvloeien uit de openstaande boekingen van de interesten pro rata temporis geboekt via rubriek « II. Financieel resultaat – B. Beleggingsopbrengsten”.

Vorderingen

De vorderingen worden geboekt aan nominale waarde, na aftrek van de waardeverminderingen die hierop betrekking hebben. Er wordt een waardevermindering op geboekt voor zover de effectieve betaling op einddatum geheel of gedeeltelijk onzeker of verloren is, alsook in de mate dat de realisatiewaarde op de afsluitdatum lager is dan de nominale waarde

Technische voorzieningen

Reserve voor uitbetalingen gewaarborgd inkomen, voor schades vóór 2014

Wordt berekend op basis van individuele dossiers met de volgende parameters:

  • de uit te keren dagvergoeding;
  • de verwachte duur van de arbeidsongeschiktheid. Alle dossiers worden om de 3 maanden herzien;
  • een actualisatie aan de interestvoet afgeleid van de interesten toegepast op de staatsobligatiemarkten;
  • een indexatie van maximum 3% van de uitbetaalde dagvergoeding bij arbeidsongeschiktheid.

Vergrijzingsreserve en reserve voor uitbetalingen gewaarborgd inkomen vanaf 2014

De vergrijzingsreserve is gelijk aan het verschil tussen de toekomstige verplichtingen van Amonis OFP en de toekomstige verplichtingen (premies) van de aangeslotenen. De berekening gebeurt per contract. De reserve wordt berekend op basis van de specificaties van de herverzekeraar zoals vastgelegd in het herverzekeringscontract. De reserves voor schadegevallen zijn berekend op basis van de individuele dossiers volgens de volgende parameters:

  • te storten dagelijkse contractuele schadevergoedingen;
  • vermoedelijke duur van de arbeidsongeschiktheid gebaseerd op de technische basis vastgelegd in het herverzekeringscontract;
  • actualisatie aan 0% interestvoet;
  • indexatie van maximum 3% van de dagelijkse schadevergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid.

Reserve actieven

Voor deze reserve wordt een fair value berekend. De berekening van deze reserve volgt het financieringsplan van Amonis OFP dat in november 2012 werd aangepast en op 31 december 2012 in voege is getreden. Het toekomstige rendement van het financieringsplan blijft 4,2%. Als gevolg van wijzigingen in de wetgeving is daarentegen de voorziene leeftijd van pensioenopname het wettelijk pensioenleeftijd (65, 66 of 67 jaar).

Reserve begunstigden

dit is de actuele waarde van de toekomstige pensioenrentebetalingen aan de gepensioneerde leden. De berekening gebeurt op basis van de volgende parameters:

  • Technische rentevoet: wordt afgeleid van de interesten toegepast op de staatsobligatiemarkten
  • De sterftetabellen genaamd MRFR-5.

Reserve voor tenlasteneming of vrijstelling van pensioenbijdragen

Dit is de actuele waarde van de toekomstige bijdragen die vrijgesteld zijn voor leden in het kader van de dekking tenlasteneming of vrijstelling van pensioenbijdragen gefinancierd in het solidariteitsstelsel. In 2016 werd een nieuw verdrag onderhandeld voor de onderliggende dekking. De reserves zijn bijgevolg berekend op basis van de specificaties van de herverzekeraar, vastgelegd in het herverzekeringscontract, en volgens de karakteristieken van de dekking:

  • de carenzperiode van 1 jaar;
  • de bijdragen die effectief ten laste genomen worden;
  • de verwachte duur van de invaliditeit, rekening houdend met de individuele sterfte- en revalidatiekans;
  • technische interestvoet van 0%;
  • indexatie van de ten laste genomen bijdragen van 2 %.

Reserve voor aanvullende overlevingspensioenen in solidariteit

Dit is de actuele waarde van de toekomstige betalingen aan de begunstigde van overleden leden in het kader van de aanvullende overlijdensdekking, gefinancierd in het solidariteitsstelsel. De berekening gebeurt op basis van de volgende parameters:

  • technische rentevoet: wordt afgeleid van de interesten toegepast op de staatsobligatiemarkten;
  • MRFR-5.

Voorziening solidaire afhankelijkheidsrente actieven

som van de toegewezen koopsommen inzake de afhankelijkheidsverzekering voor leden die actief waren op 31 december. Deze worden gefinancierd uit de solidariteitsbijdragen.

Voorziening solidaire afhankelijkheidsrente begunstigden

Som van de toegewezen koopsommen inzake afhankelijkheidsverzekering voor gepensioneerde leden of leden ouder dan 70 jaar. Voor de technische basissen verwijzen we naar de technische nota afhankelijkheidsrente.

Overige activa en passiva

Deze worden gewaardeerd aan nominale waarde.

Version FR